Het moderne drumstel is een verzameling van slagwerkinstrumenten, waaronder een snaredrum, bekkens, een bassdrum en hihats. Aan dit assortiment kunnen nog verschillende andere onderdelen worden toegevoegd. In de meeste gevallen wordt het drumstel bespeeld door een enkele drummer. Door snel met zijn drumsticks op de verschillende instrumenten te slaan, kan een drummer een gevarieerd drumritme met verschillende toonhoogtes en volumes opwekken. Het drumstel neemt in moderne (pop)muziek vaak een belangrijke rol in.

Welke onderdelen zitten er in een drumstel?

Een drumstel bevat over het algemeen de volgende slagwerkinstrumenten.

• Snaredrum. Een snaredrum is een vrij kleine drum met twee vellen of membranen. Onder het onderste vel van deze drum zijn metalen snaren gespannen. Daardoor breng deze drum en opvallend intens geluid voor.
• Hihats. Een hihat is een set kleine, op elkaar liggende bekkens die via een pedaal met de voet bespeeld kunnen worden. Als er tegelijkertijd ook nog met de drumsticks op geslagen wordt, produceert de hihat een kenmerkend sissend geluid.
• Bekkens. Bekkens zijn metalen schijven met een lichte curve. Afhankelijk van het formaat van de bekkens produceren ze een bepaalde toon die zich als metaalachtig laat kenmerken.
• Tom. Toms zijn kleine drums zonder snaarwerk. Ze hebben twee membranen en komen in verschillende soorten en maten voor. Doe het gebruik van zowel bassdrum, snaredrum als toms kan er een wijd assortiment aan lage tonen worden opgewekt.
• Bassdrum. Misschien wel het belangrijkste onderdeel van de drum set, en in ieder geval het meest in het oog springende. De bassdrum bestaat uit een staande drum die bediend wordt via een drumstick, die met een voetpedaal bediend kan worden.

In alle gevallen gebruikt de drummer sticks om op de drums te slaan. Afhankelijk van de gewenste klanken kan het stel bediend worden met zowel drumstokken van hout, metalen brashes of gewatteerde drumsticks voor een dieper geluid.

In welke muziek wordt een drumstel gebruikt?

Trommels zijn zo oud als de mensheid, en werden gebruikt om op het ritme te dansen, signalen te geven en zelfs om op het slagveld de vijand te intimideren. Maar een volledige set trommels en bekkens, zoals we die tegenwoordig kennen in het gestandaardiseerde drumstel, ontstond pas in de 20e eeuw. Zoals veel muziek stamt het uit de jazz scene. Van oorsprong Afrikaanse drums werden daar in serie geplaatst en op elkaar afgestemd, zodat deze snelle muziek van een drumsound kon worden voorzien. In de bigbands van de jaren 20 was er ook altijd een drumstel aanwezig. Na de Tweede Wereldoorlog vond het drumstel een nieuwe plek bij dansmuziek in clubs, en werd een belangrijk onderdeel van de opkomende popmuziek. Toen in de jaren ’60 en ’70 rock populair werd, leende het drumstel zich uitstekend voor de ondersteuning van de lichtere elementen in deze stevige muziekstroming.